Factor A Berekenen 2021

Factor A Berekenen 2021

Hoe bereken je de A factor?

Waar vind ik mijn factor A? – Je ‘pensioenaangroei’ (factor A dus) kun je vinden in je UPO. Néé, geen UFO, maar UPO, oftewel: je Uniform Pensioenoverzicht. Je ontvangt je UPO elk jaar van je pensioenfonds(-en) of pensioenverzekeraar(s). Naast je factor A staat er nog meer informatie in je UPO.

  1. Je kan ook meerdere UPO’s hebben, dit betekent dat je meerdere factoren A hebt.
  2. Door ze alle factoren A bij elkaar op te tellen, heb je jouw factor A.
  3. Je UPO loopt altijd een jaar ‘achter’.
  4. In 2023 ontvang je dus je UPO over het jaar 2022.
  5. De meeste pensioenfondsen sturen de UPO halverwege het jaar.
  6. Geen UPO? Geen pensioenfonds? Bijvoorbeeld omdat je ondernemen bent.

Dan is je factor A nul en heb je jaarruimte. Je vult in de berekening dus ‘0′ in. Geen idee waar je je UPO kunt vinden? Kijk dan eens op en check welke pensioenuitvoerder(s) jij hebt.

Wat is mijn a factor?

De Factor A is het bedrag dat u in een bepaald kalenderjaar aan pensioen heeft opgebouwd bij uw werkgever. U heeft die Factor A uit het vorige jaar nodig voor het berekenen van uw jaarruimte van dit jaar. Wilt u dus weten wat uw jaarruimte van 2023 is? Dan heeft u de Factor A van 2022 nodig.

De Factor A over vorig jaar kunt u vinden in het Uniform Pensioen Overzicht (UPO). Het UPO van 2022 ontvangt u in 2023 van het pensioenfonds van uw werkgever. U krijgt hier normaal gesproken automatisch bericht van, maar u kunt natuurlijk ook even bij uw werkgever of pensioenuitvoerder nagaan of het document al beschikbaar is.

Had u in 2022 geen werkgever? Dan heeft u ook geen UPO nodig en vult u bij het berekenen van uw jaarruimte bij Pensioenaangroei 2022 het getal 0 in. Had u meerdere werkgevers? Dan heeft u het UPO van elke werkgever nodig en telt u het totaal van de verschillende factor A’s bij elkaar op.

Welke factor A moet ik gebruiken?

Home Hoe doe ik belastingaangifte voor mijn pensioen? 17 december 2021 Het is tijd voor je aangifte inkomstenbelasting 2021. Tot 1 mei heb je de tijd. Heb je in 2021 geld opzijgezet in een lijfrenteverzekering, lijfrenterekening of lijfrentebeleggingsrecht? Dan kun je misschien (een deel van) je premie in aftrek op je inkomsten brengen.

  1. Daarvoor heb je je factor A nodig.
  2. Dit is het bedrag dat aangeeft hoeveel pensioen is aangegroeid in een jaar.
  3. Je factor A staat op je UPO (Uniform Pensioenoverzicht).
  4. Hoe financieel fit ben jij? Krijg binnen 10 minuten inzicht in je financiële situatie, nu én later.
  5. En zet je eerste stap vooruit.
  6. Doe de check Naast AOW en pensioenopbouw via je werkgever kun je soms fiscaal voordelig geld opzijzetten voor later.

Dit kan bijvoorbeeld met een lijfrenteverzekering bij een verzekeraar, een lijfrenterekening bij een bank of een lijfrentebeleggingsrecht bij een beleggingsinstelling. De premie die je betaalt voor lijfrenteverzekering, lijfrenterekening en lijfrentebeleggingsrecht kun je aftrekken in Box 1.

  1. Tenminste, als je in dat jaar een pensioentekort had.
  2. Een pensioentekort ontstaat als je pensioenopbouw in een pensioenregeling lager is dan wat fiscaal maximaal is toegestaan.
  3. Je pensioentekort beïnvloedt je jaarruimte.
  4. De jaarruimte is namelijk het verschil tussen wat je daadwerkelijk aan pensioen opbouwt en wat je binnen de belastinggrenzen maximaal mag opbouwen.

Deze jaarlijkse aftrek kent een maximum. Wat je bij je belastingaangifte in aftrek mag brengen op je inkomen hangt dus af van je jaarruimte. Op de website van de Belastingdienst vind je een hulpmiddel voor het berekenen van je jaarruimte, Voor de berekening van de jaarruimte van 2021 heb je de factor A van 2020 nodig.

Dit is je pensioenaangroei in 2020. De uitkomst van je berekening is het bedrag dat je aan premie in aftrek mag brengen. Je factor A van 2020 heb je van ons ontvangen in het UPO 2021. Op Mijn Pensioenplein vind je je UPO 2021 terug onder het tabblad ‘dossier’. Reserveringsruimte is de niet-gebruikte jaarruimte van de afgelopen zeven jaar.

Voor de aangifte 2021 kan de niet-gebruikte jaarruimte van 2014 tot en met 2020 gebruikt worden voor de aftrek van premie van lijfrente. De Belastingdienst heeft een tool voor het berekenen van je reserveringsruimte, Lijfrente is een van de manieren om een mogelijk pensioentekort aan te vullen.

Hoeveel is factor A?

2. Je hebt een beschikbare premie-regeling – Als je een beschikbare premie -regeling hebt, dan werkt de berekening nét even anders. Want dan is de pensioenpremie die je gedurende het jaar hebt betaald bepalend voor de aangroei van je pensioen. Dat bedrag moet je dus als uitgangspunt nemen.

  1. Als je je jaarruimte van 2014 wilt berekenen, maak je hierbij gebruik van gegevens uit 2013.
  2. Let wel op dat je niet de totale pensioenpremie van dat jaar neemt, maar alleen het gedeelte dat zorgt voor de opbouw van levenslang ouderdomspensioen,
  3. Lees ook: Zo bereken je je aftrekbare lijfrente Deze beschikbare premie vermenigvuldig je dan met een leeftijdsafhankelijke factor.
You might be interested:  Interpolis Autoverzekering Berekenen

In de tabel hieronder zie je deze factoren, zoals ze gelden sinds 2006. Het bedrag dat je na vermenigvuldiging krijgt is de Factor A. Je kunt ‘m gebruiken voor de berekening van je jaarruimte over 2014.

leeftijd van – tot factor
15-20 jaar 0,43
20-25 jaar 0,36
25-30 jaar 0,30
30-35 jaar 0,24
35-40 jaar 0,20
40-45 jaar 0,17
45-50 jaar 0,14
50-55 jaar 0,11
55-60 jaar 0,09
60 jaar of ouder 0,08

Lees ook: Gebruik je lijfrente-inleg als aftrekpost bij de aangifte inkomstenbelasting

Waar vind ik de a factor in mijn ABP?

Waar vindt u uw Factor A? Uw Factor A staat in MijnABP. Kijk bij ‘Pensioenaangroei’.

Hoeveel lijfrente mag ik storten in 2023?

Jaarruimte en reserveringsruimte – U hebt jaarruimte als u in het jaar ervoor niet voldoende pensioen hebt opgebouwd. De jaarruimte in 2023 hangt dus af van uw situatie in 2022. Hebt u over 2022 een tekort in uw pensioenopbouw en bereikt u nog niet de AOW-leeftijd? Dan hebt u meestal jaarruimte in 2023.

  • Hebt u uw jaarruimte in 2015 tot en met 2022 niet helemaal gebruikt? Bijvoorbeeld omdat u in deze periode geen lijfrentepremies hebt betaald? Dan mag u deze in 2023 nog gebruiken.
  • Wij noemen dit reserveringsruimte.
  • Wilt u weten hoe hoog uw jaarruimte en reserveringsruimte zijn? Gebruik dan het Hulpmiddel Lijfrentepremie op belastingdienst.nl.

Hiermee berekent u hoeveel premies u maximaal in 2023 kunt aftrekken. Let op! U mag alleen premies en stortingen aftrekken in het jaar waarin u deze hebt betaald. Maximale reserveringsruimte De opgebouwde reserveringsruimte is in 2023 maximaal 17% van uw premiegrondslag in 2023.

Bent u geboren na 28 februari 1966? Dan kan uw reserveringsruimte in 2023 niet hoger zijn dan € 8.065. Bent u geboren voor 1 maart 1966? Dan kan uw reserveringsruimte in 2023 niet hoger zijn dan € 15.922.

Kunt u niet alle premies of stortingen aftrekken? Kunt u de in 2023 betaalde premies of stortingen voor een lijfrente niet (helemaal) aftrekken? Bijvoorbeeld omdat uw jaarruimte te laag is? Dan wordt bij het berekenen van de belasting die u moet betalen als de uitkeringen ingaan, rekening gehouden met deze niet-afgetrokken premies of stortingen.

U betaalt dan alleen belasting over de uitkeringen of afkoopsom als dat bedrag hoger is dan het bedrag van de niet-afgetrokken premies of stortingen. Dat geldt echter niet onbeperkt. Kijk voor meer informatie bij ‘ Lijfrente-uitkeringen en afkoopsommen daarvan ‘ onder ‘Loon, pensioen, uitkeringen en afkoopsommen’.

Naar boven

Waar vind ik factor A in mijn pensioenoverzicht zorg en welzijn?

Dan kunt u de fiscale ruimte hiervoor berekenen met de factor A van 2022. Deze factor A vindt u op uw pensioenoverzicht 2023. De fiscale ruimte kunt u berekenen met de Rekenhulp lijfrentepremie van de Belastingdienst.

Waar staat factor A op pensioenoverzicht?

– Factor A staat helemaal onderaan op je UPO. Factor A geeft aan hoeveel ouderdomspensioen je in een jaar hebt opgebouwd. Als je een lijfrente hebt afgesloten, heb je factor A nodig voor je belastingaangifte. Met een lijfrente betaal je elke maand of jaar een bedrag waarmee je spaart voor later.

Hoe werkt factor A pensioen?

De factor A geeft een indicatie hoeveel pensioen er al voor jou is opgebouwd via jouw werkgever in een bepaald jaar. Als je jouw factor A weet, kan je ook berekenen hoeveel pensioen je nog mag opbouwen binnen jouw jaarruimte. Als je dit weet, kun je dit bedrag zelf pensioenbeleggen met fiscaal voordeel.

Hoe weet ik of ik niet gebruikte jaarruimte heb?

Reserveringsruimte – Kunt u uw jaarruimte niet helemaal gebruiken, omdat u in het betreffende jaar minder premies hebt betaald en stortingen hebt gedaan? Dan vormt dit ‘niet-benutte jaarruimte’. Het totaalbedrag van alle ‘niet-benutte jaarruimtes’ is uw ‘reserveringsruimte’.

Voorbeeld Uw jaarruimte is € 1.555. U hebt € 1.500 betaald aan premies voor een lijfrenteverzekering. U mag € 1.500 aan premies aftrekken. De € 55 die u over hebt, neemt u mee in de berekening van uw reserveringsruimte over een later jaar. Voor de reserveringsruimte geldt een maximum. U mag nooit meer aftrekken dan dit maximum.

Het Hulpmiddel Lijfrentepremie vanaf 2016 berekent wat uw maximale reserveringsruimte is.

Welk inkomen telt mee voor jaarruimte?

Zo werkt de jaarruimte berekening – De jaarruimte 2023 (dit jaar) wordt berekend op basis van wat je in 2022 (vorig jaar) hebt verdiend. Jaarruimte is een percentage van het bruto-inkomen minus de AOW-franchise voor lijfrente. Dit heet de premiegrondslag.

Deze AOW-franchise is het deel van het inkomen waarover je geen pensioen mag opbouwen, omdat je straks AOW krijgt. In 2023 is de AOW-franchise € 13.646. Over jouw inkomen boven de € 13.646 mag je 30% fiscaal vriendelijk opzij zetten. Jaarruimte voorbeeld: stel dat je vorig jaar € 60.000 hebt verdiend. Dan is jouw jaarruimte (€ 60.000 – € 13.646) * 30% = € 13.906,20 per jaar, oftewel € 1.158,85 per maand.

Dit mag je aftrekken van de inkomstenbelasting over dit jaar. NB: sommige zaken (zoals gebruik FOR, opbouw pensioen elders) hebben invloed op je jaarruimte. Gebruik onze Excel-tool voor een exacte berekening.

Waar moet je Factor a invullen belastingaangifte?

Pensioenaangroei (factor A) Voor de belastingaangifte in 2022 gebruikt u de pensioenaangroei van 2021. Deze vindt u terug op uw pensioenoverzicht.

Wat is een hoge factor A?

Factor A is een formele naam voor de toename van uw pensioen in een kalenderjaar. Het bedrag factor A is belangrijk als u nog niet met pensioen bent en zelf bijspaart voor extra pensioen. De factor A geeft de fiscale ruimte aan. Dit bedrag gebruikt u bij uw belastingaangifte.

Hoe groot is mijn pensioengat?

Antwoord – Eigenlijk is er niet 1 vaste manier om te berekenen of u een pensioentekort heeft. Één methode welke regelmatig gebruikt wordt is het vergelijken van het huidige inkomen en het toekomstig pensioeninkomen. U telt dan de hoogte van uw toekomstige AOW-uitkering en uw toekomstige pensioenaanspraken bij elkaar op.

  • De hoogte van toekomstige pensioenen vindt u op de UPO’s (Uniforme Pensioen Overzicht) die u jaarlijks van uw pensioenuitvoerder ontvangt.
  • De som van beide bedragen telt u op en vergelijkt u met het huidige bruto jaarinkomen.
  • Als uw pensioeninkomen lager is dan 70% van uw huidige bruto jaarinkomen, dan kunt u een pensioentekort hebben.

Een andere, meestal makkelijkere methode is het fiscale pensioentekort berekenen. Daarbij berekent u de jaarruimte. Dit is het bedrag wat u van de belastingdienst jaarlijks mag inleggen en aftrekken van de inkomstenbelasting om een aanvullend pensioen op te bouwen.

Waarom geen factor A?

De factor A die aangegeven is op je UPO heeft altijd betrekking op het jaar ervoor. Ben je zzp’er of bouw je geen pensioen op via je werkgever, dan heb je ook geen factor A.

Wat is een goed netto pensioen?

Skip to content Gemiddeld netto pensioen in Nederland – Een gemiddeld netto pensioen is lastig te bepalen, omdat er vele uitschieters zijn; sommigen hebben (veel) moeite om rond te komen na hun pensioen, terwijl anderen zich nergens zorgen over hoeven te maken. Echter kan er op basis van cijfers van o.a.

Het Nibud en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) een voorzichtige inschatting worden gemaakt van het gemiddeld netto pensioen in Nederland. Het gemiddeld netto pensioen per maand wordt berekend door belastingen af te trekken van het bruto pensioen. De belastingen bedragen ongeveer 35-40%. Rekening houdend met de AOW, aanvullend pensioen, inkomen uit vermogen en overig aanvullend inkomen komt het gemiddeld netto pensioen in 2021/2022 uit op €2200,- – €2500,- per maand.

Voor alleenstaanden ligt dit bedrag iets lager; gemiddeld tussen de €1400,- en €1700,-. Let op: deze bedragen veranderen jaarlijks, laat je goed informeren over de meest actuele cijfers.

Hoe wordt ABP pensioen berekend?

De berekening van uw pensioen gebeurt op basis van uw jaarlijkse inkomen (middelloonregeling). Tot 1 januari 2004 was dit gebaseerd op uw laatstverdiende inkomen (eindloonregeling). U bouwt elk jaar een stukje pensioen op van uw pensioengevende inkomen in dat jaar.

Uw pensioengevend inkomen Uw pensioengevend inkomen is 12 x uw bruto salaris van januari, vermeerderd met de vakantie-uitkering, eindejaarsuitkering en eventuele vaste toe(s)lagen. Daarbij wordt opgeteld het bedrag dat u over het afgelopen kalenderjaar aan variabele toe(s)lagen heeft ontvangen. Heeft u een salarisverhoging gekregen met terugwerkende kracht tot op of eerder dan 1 januari van dit jaar? Dan is deze salarisverhoging pensioengevend in het volgende jaar. Het pensioengevend inkomen is gemaximeerd op 128.810 euro per jaar. ABP gaat hierbij uit van een voltijd salaris. Werkt u in deeltijd? Dan rekent het ABP toch met het inkomen dat u zou ontvangen bij een voltijd arbeidsovereenkomst. In de berekeningsformule voor het pensioen wordt vervolgens de deeltijdfactor toegepast. Let op! Is uw pensioengevend inkomen meer dan 128.810 euro per jaar? Zie dan ook de pagina Pensioen aanvullen, Uw diensttijd en eventuele deeltijdfactor Werkt u voltijd (gemiddeld 36 uur per week)? Dan telt elk kalenderjaar mee voor één jaar. Dit heet een pensioenjaar. Werkt u in deeltijd? Dan ligt de situatie anders. Als u voor 80% in deeltijd werkt, telt een kalenderjaar mee voor 0,8 pensioenjaar.0,8 is in dit geval de deeltijdfactor. Werkt u meer, bijvoorbeeld 40 uur? Dan telt een gewerkt jaar mee voor 1,1 pensioenjaar. De pensioenjaren worden berekend vanaf de ingangsdatum van uw dienstverband tot de ontslagdatum. Het opbouwpercentage Sinds 1 januari 2015 is het opbouwpercentage afhankelijk van de hoogte van het pensioengevend inkomen. Dit varieert van 1,701% en 1,875% voor het pensioen dat u vanaf die datum opbouwt. Aan het pensioen dat u voor 1 januari 2015 heeft opgebouwd verandert niets. Zie meer informatie over de veranderde pensioenregeling op abp.nl. De franchise: over een deel van uw inkomen bouwt u geen pensioen op en betaalt u dus ook geen premie. Dit heet de franchise. U ontvangt voor dit deel straks AOW. De hoogte van de franchise volgt de ontwikkeling van de AOW. Het ABP past jaarlijks de franchise aan.

AOW-leeftijd verhoogd Bereken uw verwachte AOW-datum. Fiscale pensioenrichtleeftijd De fiscale pensioenrichtleeftijd is de rekenleeftijd die wordt gebruikt voor de berekening van de maximaal toegestane fiscale pensioenopbouw. De fiscale pensioenrichtleeftijd is afgeleid van de AOW-leeftijd.10 jaar voordat volgens de raming de AOW-leeftijd in totaal met 1 jaar stijgt, wordt de fiscale pensioenrichtleeftijd met 1 jaar verhoogd.

Sinds 1 januari 2018 is de fiscale pensioenrichtleeftijd 68 jaar. De pensioenrichtleeftijd staat los van de feitelijke ingangsdatum van het pensioen. Pensioenuitvoerders mogen een andere pensioenrekenleeftijd bepalen, als voor de fiscale uitvoering van de pensioenregeling de opbouw- en/of premiepercentages daarop zijn aangepast.

De pensioenrekenleeftijd bij ABP is de eerste dag van de maand na de maand waarin u 68 jaar wordt. Verhoging pensioen ABP probeert ieder jaar uw pensioen te verhogen met de gemiddelde stijging van de prijzen. Dit heet indexatie. Per jaar beoordeelt ABP of uw pensioen wordt verhoogd.

Wat hou je netto over van je pensioen?

In mijnpensioenoverzicht.nl kunt u de gegevens van uw pensioen en uw AOW zien: hoeveel pensioen u heeft opgebouwd; hoeveel netto pensioen u maandelijks krijgt; het bedrag van uw verwachte AOW.

Hoeveel belasting over vrijgekomen lijfrente?

Op de waarde van je lijfrenteverzekering zijn wij verplicht belasting in te houden. Zo gaat er maximaal 52% belasting af. Je ontvangt het restantbedrag op je rekening. De belasting dragen wij af aan de Belastingdienst.

Is lijfrente vermogen of inkomen?

De expirerende lijfrente en de fiscus – Het geld uit uw lijfrente komt vrij. Bij het storten van de premie heeft u de mogelijkheid gehad om de premie in mindering te brengen op uw inkomen. U heeft destijds dus fiscaal voordeel genoten. Daarom mag u de uitkering nu niet zo maar belastingvrij op uw rekening bij laten schrijven.

  1. Het vrijgekomen geld uit een expirerende lijfrente wordt beschouwd als een vorm van inkomen.
  2. Op het moment dat een lijfrente tot uitkering komt, dient u de uitkering(en) dan ook in BOX 1 bij uw overigen inkomstenbronnen op te tellen.
  3. U betaalt dus over de uitkering(en) het bovenbeschreven progressieve tarief.

Zoals hierboven al uitgelegd, wordt kapitaal dat opgebouwd wordt binnen een lijfrenteproduct niet meegenomen in BOX 3 voor de vermogensrendementsheffing. Echter, zodra de lijfrente tot uitkering komt, komt het vermogen vrij en wordt het wel meegenomen in BOX 3.

Hoe lang moet een lijfrente-uitkering lopen?

Tijdelijke oudedagslijfrente – Hebt u na 2013 een tijdelijke oudedagslijfrente afgesloten? Dan ontvangt u minimaal 5 jaar lang een lijfrente-uitkering die ingaat in het jaar waarin u de AOW-leeftijd bereikt of in de 5 jaar daarna. De uitkeringen stoppen op een vastgestelde einddatum, bijvoorbeeld als u 80 jaar wordt.

Tabel tijdelijke oudedagslijfrente

Jaar Maximale uitkering voor alle tijdelijke lijfrente-uitkeringen tezamen
2023 € 24.168
2022 € 22.735
2021 € 22.443

Voorbeeld U bereikt op 1 april 2023 de AOW-leeftijd. De uitkeringen moeten dan ingaan vóór 1 januari 2029 en stoppen op een vastgestelde einddatum. Bijvoorbeeld als u 80 jaar wordt. Hebt u vóór 2014 een tijdelijke oudedagslijfrente afgesloten? Dan zijn er 2 mogelijkheden:

u hebt tot en met 2013 premies betaald, daarna niet meer Uw tijdelijke oudedagslijfrente mag dan voor de gehele waarde van uw lijfrente ingaan in het jaar waarin:

u 65 jaar wordt of in de 5 jaar daarna, of u de AOW-leeftijd bereikt of in de 5 jaar daarna

u hebt ná 2013 ook nog premies betaald Uw tijdelijke oudedagslijfrente mag dan voor de waarde van uw lijfrente op 31 december 2013 ingaan in het jaar waarin u 65 jaar wordt of in de 5 jaar daarna. Voor het restant van de waarde van uw lijfrente mag u een tijdelijke oudedagslijfrente laten ingaan in het jaar waarin u de AOW-leeftijd bereikt of in de 5 jaar daarna. Maar u mag er ook voor kiezen voor de gehele waarde van uw lijfrente een tijdelijke oudedagslijfrente te laten ingaan in het jaar waarin u de AOW-leeftijd hebt bereikt of in de 5 jaar daarna.

Hoe bereken je of je een pensioengat hebt?

Antwoord – Eigenlijk is er niet 1 vaste manier om te berekenen of u een pensioentekort heeft. Één methode welke regelmatig gebruikt wordt is het vergelijken van het huidige inkomen en het toekomstig pensioeninkomen. U telt dan de hoogte van uw toekomstige AOW-uitkering en uw toekomstige pensioenaanspraken bij elkaar op.

  • De hoogte van toekomstige pensioenen vindt u op de UPO’s (Uniforme Pensioen Overzicht) die u jaarlijks van uw pensioenuitvoerder ontvangt.
  • De som van beide bedragen telt u op en vergelijkt u met het huidige bruto jaarinkomen.
  • Als uw pensioeninkomen lager is dan 70% van uw huidige bruto jaarinkomen, dan kunt u een pensioentekort hebben.

Een andere, meestal makkelijkere methode is het fiscale pensioentekort berekenen. Daarbij berekent u de jaarruimte. Dit is het bedrag wat u van de belastingdienst jaarlijks mag inleggen en aftrekken van de inkomstenbelasting om een aanvullend pensioen op te bouwen.

Hoe bereken je jaarruimte pensioen?

Zo werkt de jaarruimte berekening – De jaarruimte 2023 (dit jaar) wordt berekend op basis van wat je in 2022 (vorig jaar) hebt verdiend. Jaarruimte is een percentage van het bruto-inkomen minus de AOW-franchise voor lijfrente. Dit heet de premiegrondslag.

  1. Deze AOW-franchise is het deel van het inkomen waarover je geen pensioen mag opbouwen, omdat je straks AOW krijgt.
  2. In 2023 is de AOW-franchise € 13.646.
  3. Over jouw inkomen boven de € 13.646 mag je 30% fiscaal vriendelijk opzij zetten.
  4. Jaarruimte voorbeeld: stel dat je vorig jaar € 60.000 hebt verdiend.
  5. Dan is jouw jaarruimte (€ 60.000 – € 13.646) * 30% = € 13.906,20 per jaar, oftewel € 1.158,85 per maand.

Dit mag je aftrekken van de inkomstenbelasting over dit jaar. NB: sommige zaken (zoals gebruik FOR, opbouw pensioen elders) hebben invloed op je jaarruimte. Gebruik onze Excel-tool voor een exacte berekening.

Waarom geen factor A?

De factor A die aangegeven is op je UPO heeft altijd betrekking op het jaar ervoor. Ben je zzp’er of bouw je geen pensioen op via je werkgever, dan heb je ook geen factor A.

Hoeveel geld heb je nodig voor een goed pensioen?

2. Check jaarlijks of je pensioen 70% van je laatstverdiende bruto-inkomen is – Hoeveel pensioen heb ik nodig? Een richtlijn die vaak wordt gebruikt voor ‘genoeg pensioen’ is 70% van het laatstverdiende bruto-inkomen. Dit betekent dat je 70% van het (bruto) inkomen dat je ontvangt als je met pensioen gaat nodig hebt voor je pensioen.

Het is heel makkelijk te checken hoe je er zelf voor staat. Het enige dat je hoeft te doen is te kijken in mijnpensioenoverzicht.nl, Op deze website wordt voor iedere Nederlander bijgehouden wat hij of zij al aan pensioen heeft opgebouwd. En ook welk pensioen nog opgebouwd wordt als je doorwerkt tot je pensioendatum.

Even inloggen met je DigiD en je kunt direct zien wat je straks per maand krijgt als je met pensioen bent. En of dit overeenkomt met 70% van je laatstverdiende inkomen.