Onroerend Goed Belasting Berekenen
Hoogte OZB berekenen – Wil je weten wat je aan OZB moet betalen dit jaar en vraag je je dus af: wat is mijn onroerende zaakbelasting voor 2023? Met behulp van het onderstaande rekenvoorbeeld kun je eenvoudig uitrekenen hoe hoog de aanslag onroerende zaakbelasting voor jou gaat zijn.
Onroerende zaakbelasting | Tarief |
Woningen eigenaar | 0,1280% |
Niet-woningen eigenaar | 0,3186% |
Niet-woningen gebruiker | 0,2529% |
Het verschil in OZB percentage heeft te maken met welke situatie voor jou geldt. Heb je de woning in eigendom en wordt de woning bewoond? Dan hanteert de gemeente het tarief ‘woningen eigenaar’. Gaat het om een niet-woning (zoals een winkelruimte, kantoor, fabriek of ander bedrijfsobject) dan kom je automatisch in een hoger tarief terecht.
Contents
Hoe bereken ik mijn onroerend goed belasting?
Hoeveel onroerendezaakbelasting betaalt u? – Dat hangt af van de WOZ-waarde van de woning of het pand. Op het aanslagbiljet kunt u zien welke waarde is toegekend aan uw woning of bedrijf. De WOZ-waarde wordt elk jaar opnieuw vastgesteld. Woont u in de gemeente Groningen of Eemsdelta? Dan bepalen wij de WOZ-waarde. Woont u in een andere gemeente? Dan doet uw eigen gemeente dat. Hoeveel onroerendezaakbelasting u betaalt hangt ook af van het OZB-tarief. De gemeenteraad stelt dat elk jaar vast. Dat tarief is een percentage. De onroerendezaakbelasting rekenen wij uit door dat percentage van de WOZ-waarde te nemen. Er zijn drie verschillende percentages: eigenaar woning, eigenaar bedrijfspand en gebruiker bedrijfspand. Rekenvoorbeeld: u heeft een woning met een WOZ-waarde van € 275.000,00. Het OZB-tarief is bijvoorbeeld 0,1672% van de WOZ-waarde. U betaalt dan 0,1672% van € 275.000,00 = € 459,80. Voor deze belasting geldt: peildatum is 1 januari. U betaalt altijd voor het hele jaar. Gaat u in de loop van het jaar een bedrijfspand gebruiken, dan krijgt u pas volgend jaar een aanslag. Bekijk tarieven >
Hoe hoog is de onroerend goed belasting?
De WOZ-waarde wordt gebruikt voor de heffing van belastingen door gemeenten, waterschappen en de Belastingdienst. Op deze pagina vindt u meer informatie over het gebruik van de WOZ-waarde en de soorten belastingen waarbij de WOZ-waarde een rol speelt.
- De WOZ-waarde wordt door gemeenten in ieder geval gebruikt voor de onroerendezaakbelastingen (OZB).
- De onroerendezaakbelasting wordt geheven op basis van de waarde van onroerende zaken.
- Een woning is een onroerende zaak, net als bijvoorbeeld een bedrijfspand, een ziekenhuis, een winkel of een kantoor.
De gemeenteraad stelt de OZB-tarieven vast. Het tarief is een percentage van de WOZ-waarde. De WOZ-waarde bepaalt samen met het tarief de hoogte van uw OZB-belastingaanslag. Bijvoorbeeld een woning heeft een WOZ-waarde van € 250.000. Het door de gemeenteraad vastgestelde tarief is 0,15%.
tarief voor de eigenaren van woningentarief voor de eigenaren van niet-woningentarief voor de gebruikers van niet-woningen
De gebruikers van woningen betalen geen OZB. Iemand die eigenaar is van bijvoorbeeld een winkel en deze winkel ook zelf gebruikt betaalt zowel de OZB voor eigenaren als de OZB voor gebruiker. De inkomsten uit de OZB behoren tot de algemene middelen van de gemeente.
- De gemeenteraad bepaalt waarvoor dit geld gebruikt wordt.
- De OZB draagt daarmee bij aan het voorzieningenniveau van de gemeente.
- De WOZ-waarde kan ook de maatstaf zijn bij andere gemeentelijke belastingen.
- De gemeenteraad kan hiervoor kiezen.
- Men neemt dan in de verordening op dat de WOZ-waarde ook voor andere belastingen als heffingsmaatstaf geldt en stelt dan ook voor deze belastingen een tarief vast als percentage van de WOZ-waarde.
Dit kan de gemeenteraad doen voor:
afvalstoffenheffing de belasting die men betaalt om te betalen voor het ophalen en verwerken vanafval;rioolheffing de belastingheffing die men betaalt voor een goed werkende en onderhouden riolering.
De meeste belastingen van gemeenten zijn geregeld in hoofdstuk 15 van de Gemeentewet. Daarnaast zijn er enkele belastingsoorten geregeld in andere wetten zoals de Wet milieubeheer. De belasting die waterschappen heffen heet watersysteemheffing. De “watersysteemheffing gebouwd” wordt geheven van de eigenaren van gebouwen.
- Het algemeen bestuur van het waterschap stelt het tarief van deze belasting vast.
- Het tarief is, net als bij de OZB, een percentage van de WOZ-waarde.
- Daarnaast heffen de waterschappen een watersysteemheffing ongebouwd (van de eigenaar van ongebouwde eigendommen geheven naar de oppervlakte) en een watersysteemheffing ingezetenen (van alle inwoners van het waterschap, naar een vast bedrag per woonruimte).
De waterschappen gebruiken de opbrengst voor de uitoefening van hun waterbeheerstaken: beheer van dijken, gemalen en sluizen. Verder leggen de waterschappen een zuiveringsheffing op. Hiermee wordt de zuivering van afvalwater bekostigd. In de meeste gevallen betaalt men voor een onroerende zaak of de watersysteemheffing gebouwd naar de WOZ-waarde of de watersysteemheffing ongebouwd naar de oppervlakte.
In een enkel geval, bijvoorbeeld een boerderij, betaalt men beide belastingen. De watersysteemheffing gebouwd naar de waarde van de gebouwen en de watersysteemheffing ongebouwd voor de landbouwgrond (cultuurgrond) die bij de WOZ-waarde niet is meegetaxeerd. Het waterschap krijgt de WOZ-waarden uit de Basisregistratie WOZ die door gemeenten wordt bijgehouden.
De belastingen van de waterschappen zijn geregeld in hoofdstuk 16 van de Waterschapswet. De Belastingdienst beschikt over de WOZ-gegevens van alle gemeenten. De Belastingdienst gebruikt de WOZ-waarde voor:
het eigenwoningforfait; de waardering van andere dan eigen woningen in het kader van de vermogensrendementsheffing;de schenk- en erfbelasting voor woningen; de bepaling van de bijtelling privégebruik woning bij de winst uit onderneming; ende beperking van de afschrijving op gebouwen bij de bepaling van de fiscale winst.
Het woongenot zonder de betaling van huur wordt in Nederland beschouwd als een inkomen in natura. Over inkomen betalen we inkomstenbelasting. Het eigenwoningforfait is daarom het fictieve inkomen dat de woningbezitter optelt bij zijn inkomen uit werk (in box 1) wanneer men aangifte doet voor de inkomstenbelasting.
Dit eigenwoningforfait is geregeld in artikel 3.112 van de Wet inkomstenbelasting 2001 en is een percentage van de WOZ-waarde van de eigen woning. Het percentage ligt vast in de wet en wordt jaarlijks aangepast aan de ontwikkeling van de huurprijzen en de WOZ-waarden. Voor 2021 bedraagt dit percentage voor de meeste woningen 0,5%, maar voor woningen met een WOZ-waarde onder € 75.000 of boven € 1.050.000 geldt een afwijkend tarief).
Voor een woning met een WOZ-waarde van € 280.000 telt men € 1.400 bij het inkomen. Deze bijtelling wordt verminderd, wanneer men geen of een lage aftrek heeft van hypotheekrente. De bijtelling voor het eigenwoningforfait kan nooit hoger zijn dan de aftrek die men heeft voor hypotheekrente.
Hoeveel belasting men betaalt, is uiteindelijk afhankelijk in welke inkomensschijf men valt. Vermogensrendementsheffing is de belasting die je betaalt over het rendement van het eigen vermogen. Deze belasting maakt ook onderdeel uit van de inkomstenbelasting en wordt aangeduid als box 3 van de inkomstenbelasting.
Het rendement van het eigen vermogen voor de belastingheffing wordt berekend op basis van een forfaitair verwacht rendement. Naast spaargeld en beleggingen behoort ook een tweede woning tot het vermogen dat men moet aangeven in box 3. De tweede woning betreft een woning die men in eigendom heeft en waarin men niet hoofdzakelijk woont.
een recreatiewoning; De WOZ-waarde van deze recreatiewoning telt men in box 3 volledig bij het eigen vermogen;een woning die men verhuurt voor permanente bewoning: Men telt een percentage van de WOZ-waarde bij het vermogen in box 3. De hoogte van dit percentage is afhankelijk van de hoogte van de huur die men ontvangt. Het percentage wordt aangeduid als “leegwaarderatio”.
De vermogensrendementsheffing is geregeld in artikel 5.20 van de Wet inkomstenbelasting 2001. Degene die een woning erft, betaalt hierover erfbelasting. Deze erfbelasting wordt geheven op basis van de totale waarde van hetgeen men erft. Als waarde van de woning die men erft, geldt de WOZ-waarde.
- De belastingplichtige heeft daarbij de keus of men de WOZ-waarde neem die geldt in het jaar waarin de persoon waarvan men de woning heeft geërfd, is overleden of de WOZ-waarde die geldt in het eerste jaar na overlijden.
- Als de woning die men erft permanent verhuurd is, hoeft men slechts een percentage van de WOZ-waarde te nemen bij het bepalen van de hoogte van de erfenis.
De hoogte van dit percentage is afhankelijk van de hoogte van de huur die men ontvangt. Het percentage wordt aangeduid als “leegwaarderatio”. Deze regels zijn vastgelegd in artikel 21 van de Successiewet 1956, Wanneer een woning geschonken wordt, dan wordt de WOZ-waarde op dezelfde manier toegepast om de waarde van de schenking te bepalen.
- Wanneer iemand in een pand woont dat zijn hoofdverblijf is en dat geheel tot het ondernemingsvermogen behoort, dan moet het eigenwoningforfait bij de winst worden geteld.
- Het kan ook gaan om een pand dat de onderneming huurt en dat deels als woning gebruikt wordt.
- In dat geval wordt een bedrag bij de winst geteld als privé-onttrekking, oftewel het woongenot.
Ook dit bedrag is een percentage van de WOZ-waarde. Deze bijtelling is geregeld in artikel 3.19 van de Wet inkomstenbelasting 2001. In een aantal gevallen komt het pand waarvoor de WOZ-waarde is vastgesteld niet overeen met het pand dat voor de inkomstenbelasting van belang is.
- Dit komt vooral voor bij boerderijen, woonwinkelpanden en woningen met praktijk of kantoor aan huis.
- Het woongedeelte is immers maar een deel van de boerderij of het woonwinkelpand.
- In die gevallen is voor de inkomstenbelasting alleen de waarde van het woongedeelte van belang.
- De waarde van het woongedeelte kan niet (rechtstreeks) aan de WOZ-waarde ontleend worden, maar kan soms wel van de WOZ-waarde of het daaraan ten grondslag liggende taxatieverslag afgeleid worden.
Wanneer een eigen bedrijfspand of bijvoorbeeld een industriële installatie voor de onderneming wordt gebruikt, kan jaarlijks op de boekwaarde van die onroerende zaak worden afgeschreven. De jaarlijkse afschrijving op een pand is voor de belastingheffing alleen mogelijk als de boekwaarde van het pand hoger is dan 50% van de WOZ-waarde.
- Dit is de bodemwaarde.
- Daarnaast mag de jaarlijkse afschrijving over het pand niet groter zijn dan het verschil tussen de boekwaarde en bodemwaarde.
- Wanneer het bedrijfspand, winkel of kantoor niet wordt gebruikt door de eigen onderneming, maar wordt verhuurd aan een ander, dan is de bodemwaarde gelijk aan 100% van de WOZ-waarde.
De zogenoemde bodemwaarde is geregeld in artikel 3.30a van de Wet inkomstenbelasting 2001, en artikel 8 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. De Wet WOZ is eveneens van belang voor de heffing van energiebelasting en de belasting op leidingwater.
Wat is het verschil tussen OZB en WOZ waarde?
De OZB is een percentage van de WOZ-waarde van uw (vakantie)woning. De gemeente stelt de hoogte van de OZB zelf jaarlijks vast.
Welke belasting betaal je als huiseigenaar?
Onroerendezaakbelasting (OZB) – Als huiseigenaar moet u elk jaar Onroerendezaakbelasting (OZB) betalen aan uw gemeente. Hoeveel OZB u moet betalen hangt af van de, Ook het OZB-tarief dat de gemeente hanteert heeft invloed op uw Onroerendezaakbelasting. De gemeente stelt de WOZ-waarde van uw woning en het OZB-tarief jaarlijks vast.
Is onroerend goed eigen vermogen?
Onroerend goed – Als we het hebben over onroerend goed, is het eigen vermogen het verschil tussen de reële marktwaarde van het onroerend goed en het saldo dat op de hypotheek verschuldigd is.
Wat valt er onder onroerend goed?
Onder onroerend goed vallen woningen, (bedrijfs)panden, fabrieken en alle bijbehorende grond, Het is dus een woord voor grond met het pand en de inhoud van de panden. Denk hierbij aan wc, keuken of ramen. Het gaat om niet-verplaatsbare objecten die dus ook onder het onroerende goed valt. Lees meer over onroerend goed op onze vastgoed pagina.
Is de WOZ-waarde gelijk aan de taxatiewaarde?
Is de WOZ-waarde hetzelfde als de verkoopwaarde? De WOZ-waarde, taxatiewaarde en de verkoopwaarde van jouw woning zijn vaak niet gelijk aan elkaar. De WOZ-waarde komt over het algemeen niet overeen met de taxatiewaarde. De verkoopwaarde kan daarvan nog eens extra verschillen.
Waarom moet je OZB betalen?
Waarom heffen gemeenten onroerendezaakbelastingen (OZB)? – Gemeenten heffen al sinds lange tijd belastingen op onroerende zaken. Dit wordt gedaan om een deel van de taken van gemeenten te betalen. De OZB is de grootste ‘eigen’ inkomstenbron van gemeenten.
Waar vind ik mijn OZB waarde?
Wat is de WOZ-waarde van mijn huis of andere onroerende zaak? De waarde van uw huis, garage of andere onroerende zaak staat op de WOZ-beschikking van uw gemeente. Die beschikking ontvangt u thuis of u kunt deze bekijken via MijnOverheid.nl. U kunt de WOZ-waarde van uw woning ook (gratis) opvragen via het WOZ-waardeloket.
- Op de WOZ-beschikking van uw gemeente staat de WOZ-waarde van uw onroerende zaak (huis, garage of ander gebouw).
- Was u op 1 januari van een jaar eigenaar of huurder van een onroerende zaak? Dan ontvangt u een WOZ-beschikking.
- Gemeenten stellen de WOZ-waarde ieder jaar opnieuw vast.
- De WOZ-waarde op de WOZ-beschikking is dan ook 1 jaar geldig.
Bent u na 1 januari van een jaar eigenaar of huurder van een onroerende zaak geworden? Dan krijgt u de WOZ-waarde voor dat jaar niet automatisch toegestuurd.
Hoeveel vermogensbelasting bij 100.000 euro?
Uw vermogen bedraagt op 1 januari 2022 €100.000 en u bent geen fiscaal partners. Over de eerste €50.650 betaalt u geen belasting. Over de resterende €49.350 betaalt u 0,56%. U betaalt dus in totaal €276 (0,28%).
Hoe bereken je de gemeentelijke belastingen?
Voorbeeld WOZ-belasting berekenen – Laten we voor een OZB-berekening zoals de gemeente dat doet, uitgaan van het percentage 0,042% (zoals in 2022 in de hoofdstad werd gehanteerd). Stel, de WOZ-waarde van jouw huis is 350.000 euro, dan neem je daar 1% van (is zo bepaald door de gemeenten).
Hoe wordt de gemeentelijke belasting berekend?
Hoe worden de tarieven voor de gemeentelijke belastingen bepaald? – De gemeenteraad bepaalt de hoogte van de belastingen. Aan de meeste tarieven ligt de WOZ-waarde van jouw woning ten grondslag. De gemeente gebruikt een bepaald percentage van de WOZ-waarde voor het tarief van de gemeentelijke belasting.
- Gemeenten kunnen op grond van de Gemeentewet eigen belastingen heffen.
- De opbrengst van de gemeentelijke belastingen is ca.
- Goed voor 20% van de totale gemeentelijke inkomsten.
- Hiervan komt het grootste gedeelte (10%) uit de onroerendezaakbelasting (OZB).
- Voorheen werden ook inkomsten uit de afvalstoffenheffing gehaald, maar dit jaar is bepaald dat dit alleen nog maar kostendekkend mag zijn.
De inkomsten van o.a. de ozb worden gebruikt voor het onderhoud van de stadsvoorzieningen.
Wie stelt het kadastraal inkomen van een onroerend goed vast?
Kadastraal inkomen De vaststelling van het kadastraal inkomen (KI) gebeurt door de Administratie Opmetingen & Waarderingen (vroeger Kadaster). Het (geïndexeerde) kadastraal inkomen vormt de basis voor de inning van de en voor het bepalen van het waarop u belast wordt in de personenbelasting.
- Het kadastraal inkomen (KI) is het dat het onroerend goed tijdens één jaar aan zijn eigenaar zou opbrengen.
- Dat wil zeggen de gemiddelde jaarlijkse nettohuurwaarde van het onroerend goed op het referentietijdstip.
- Tot op vandaag is dat referentietijdstip 1 januari 1975.
- Als u een huis gebouwd of verbouwd heeft, moet u dat binnen de dertig dagen na de ingebruikname (nieuwbouw) of de voltooiing van de werken (verbouwing) melden aan de FOD Financiën.
Bij niet-aangifte riskeert u administratief en zelfs strafrechtelijk te worden beboet. Na de aangifte zal de administratie Opmetingen & Waarderingen (vroeger Kadaster) in geval van nieuwbouw het kadastraal inkomen vaststellen. In geval van verbouwingen wordt het oude kadastraal inkomen herzien.
- Het nieuwe of herschatte kadastraal inkomen wordt u betekend, dat wil zeggen meegedeeld per aangetekende brief.
- Telkens het kadastraal inkomen wordt betekend, kunt u als belastingplichtige een bezwaar indienen.
- Op de website van de FOD Financiën leest u,
- Elk bezwaarschrift wordt onderzocht door de bevoegde ambtenaar.
Bij deze behandeling heeft er overleg plaats en is er een uitwisseling van standpunten tussen de administratie en de belastingplichtige. Als beide partijen geen akkoord kunnen bereiken, kunnen ze via een een beroep doen op een extern expert. Meer informatie over het Voor meer informatie over het kadastraal inkomen of bij betwistingen kunt u contact opnemen met de,
Ontdek de jaarlijkse brochure, die wordt uitgegeven door Statistics Belgium, de Algemene Directie Statistiek van de FOD Economie. Deze brochure bevat basiscijfers over bevolking, samenleving, grondgebied, leefmilieu, economie, vastgoed, bouw, mobiliteit en vervoer in België. Duidelijke kaarten, tabellen en grafieken tonen niet alleen de Belgische trends maar plaatsen ze eveneens in Europees perspectief. Media, beleidsmakers, burgers, ondernemers, onderzoekers etc. gebruiken deze cijfers dagelijks.
De dienst Klimaatverandering van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu lanceerde de nieuwe website die u kan helpen uw verbruik en dus uw energierekening te verlagen. Elk gezin aan wie een leverancier tussen 15 november 2021 en 31 december 2022 huisbrandolie (stookolie) of propaan in bulk heeft geleverd voor de verwarming van het hoofdverblijf, kan de toelage van 225 euro netto aanvragen.
De premie wordt automatisch toegekend en zal duidelijk identificeerbaar zijn door de vermelding « federale verwarmingspremie » op een voorschot- of afrekeningsfactuur van uw elektriciteitsleverancier tussen 18 april en 31 juli 2022.De dossiers worden momenteel verwerkt en dit zal tot eind juli 2022 duren.Hou uw elektriciteitsfacturen dus goed in de gaten om na te gaan of u uw premie van 100 euro goed ontvangt. Als dat niet het geval is vóór 1 augustus 2022 kan u deze aanvragen bij de FOD Economie:
Nu de donkere wintermaanden naderen is het een goed idee om even stil te staan bij de beveiliging van uw huis tegen inbraak. Daarom lanceert de FOD Binnenlandse Zaken haar nieuwe campagne BeSafe@home (de opvolger van de campagne 1DagNiet). Bijgestaan door politie, gemeenten, buurtinformatienetwerken wil de FOD u sensibiliseren voor inbraakpreventie, maar ook voor andere soorten diefstallen.